Alles in het universum, inclusief ons lichaam, beweegt volgens ritmische wetten. Ritmisch ademhalen helpt om in harmonie te komen met deze natuurlijke ritmes, wat zowel lichaam als geest kan versterken. Door bewust het ademritme af te stemmen op de hartslag, kunnen we verstoringen opruimen en ons verbinden met de levenskracht om ons heen.
Alles is trilling
Alles is trilling. Van het kleinste atoom tot de grootste zon is alles in trilling. In de natuur is niets in absolute rust. De arbeid van het heelal wordt door voortdurende trilling volbracht. De atomen van het menselijk lichaam zijn ook in voortdurende trilling. In enkele maanden tijd komt een bijna volledige verandering in de stof waaruit het lichaam is samengesteld. ´t Is alles trilling, onophoudelijke trilling, verandering, voortdurende verandering.
De wet van het ritme
In alle trilling kan een zeker ritme worden waargenomen. Ritme heerst in het heelal. De kringloop van de planeten om de zon, eb en vloed, het kloppen van het hart, alles volgt ritmische wetten.
Gehoorzamend aan dezelfde wet bereiken ons de stralen van de zon, daalt regen op ons neer. Alle groei is een toepassing van deze wet. Alle beweging is een openbaring van de wet van het ritme.
Afstemmen op het ritme
Onze lichamen zijn evenzeer onderworpen aan ritmische wetten als een planeet bij haar omwentelingen om de zon. Door zich aan te passen aan het ritme van het lichaam, is de Yogi in staat levenskracht, Prana, op te nemen. Hij is ook op de hoogte van de natuur en de wijze waarop het Prana, het grote beginsel van levenskracht, wordt aangewend. Hij kent de uitwerking daarvan op lichaam en geest. Hij weet, dat men zich door ritmisch ademhalen in harmonie kan brengen met de natuur. Het lichaam dat men bewoont is als een kleine baai, gevormd door de grote oceaan. Ogenschijnlijk aan eigen wetten gebonden, maar in werkelijkheid onderworpen aan eb en vloed, aan de getijden van de grote oceaan. De grote oceaan van het leven zwelt aan en vloeit terug, rijst en daalt en wij volgen zijn ritme. In normale toestand zijn we er mee in harmonie, maar bij tijden schijnt de
monding van de inham door wrakstukken verstopt. We sluiten ons af voor de Universele oceaan en disharmonie openbaart zich in ons.
Hartritme
Wat men zich hoofdzakelijk eigen moet maken bij ritmisch ademhalen, is het in gedachten een voorstelling vormen van ritme. De Yogi baseert zijn ritmisch tempo op een eenheid die correspondeert met de hartslag. De hartslag verschilt bij verschillende personen, maar voor ieder is de eigen hartslag de juiste ritmische standaard bij het ritmisch ademhalen.
Oefening: Ritmisch ademen
De volgende oefening in ritmisch ademhalen, vormt de grondslag voor van tal van andere oefeningen, waarop we later terugkomen.
Aanwijzingen vooraf
Voel je eigen normale hartslag door de vingers op de pols te leggen en dan te tellen van een tot en met zes: 1, 2, 3, 4, 5, 6, en dit te herhalen totdat je het ritme kent. Enige oefening zal je het ritme inprenten, zodat je het gemakkelijk herkent.
De beginner ademt bij deze oefening meestal zes polsslagen in en uit, maar door enige oefening, kan hij dit aantal verhogen. De regel van de Yogi´s voor dit ritmisch ademhalen is, dat het aantal polsslagen bij in- en uitademen gelijk is, terwijl die voor de adempauzes tussen twee ademtochten de helft daarvan moet zijn.
Uitvoering
- Ga rechtop zitten in een gemakkelijke houding. Borst, hals en hoofd zoveel mogelijk in één rechte lijn. De schouders enigszins teruggetrokken, de handen los in de schoot.
- Adem gedurende zes polsslagen volledig door de neus in.
- Houd gedurende drie polsslagen de adem vast.
- Adem gedurende zes polsslagen uit door de neus.
- Wacht drie polsslagen voor de volgende ademhaling.
- Herhaal dit enige keren, maar zorg ervoor, je in het begin niet te vermoeien.
Werking
Na enige oefening zal je in staat zijn de duur van de in- en uitademing te vergroten. Bedenk dat het aantal polsslagen tijdens de adempauze tussen een in- en uitademing én tussen de uit- en inademing de helft bedraagt van die van de in- en uitademing zelf.
Span je niet teveel in bij de poging de duur van de ademhaling te verlengen, maar besteed zoveel mogelijk aandacht aan het verkrijgen van het ritme, omdat dit belangrijker is dan de duur van de ademhaling.
Oefen tot je de maat van de beweging kent en tot je het ritme kunt voelen door het hele lichaam. Het zal oefening en volharding eisen, maar de voldoening bij de vorderingen zal de zaak lichter maken.
De mens die Yoga doet is geduldig… De mens die Yoga doet is volhardend en zijn resultaten dankt hij aan deze eigenschappen.